dinsdag 2 december 2014

De lier

Na het strijken van de mast heeft Martijn de lier van het dek gehaald. Met een grote bahco de moeren losgedraaid. Een mooi gezicht. Jong geleerd is oud gedaan zeggen ze dan.
Hij is lekker bezig en krijgt veel goed bedoelde op- en aanmerkingen van passerende volwassenen. Sommigen willen zich er het liefst mee bemoeien. 'Kijk maar uit' zeg ik, 'voor je het weet ben je je bahco kwijt'. Ik herken dat van vroeger. Het kost hem enige moeite om de moeren van de geverfde schroefdraad te draaien maar het lukt uiteindelijk om ze allemaal los te krijgen. Samen tillen we de lier van de bouten. Er onder zit nog de oude kleur van het dek. Een beetje gelig ziet het er uit. De lier gaat mee naar huis voor een opknapbeurt.
Het volgende weekend halen we hem helemaal uit elkaar. De staalkabel eraf. Het huis en de onderdelen zijn redelijk roestig. Met de naaldenbikhamer verwijderen we de roest en oude verf. Daarna in de Hempel silvercoat. Aflakken doen we met een oude pot 243, iets lichter dan de kleur van het dek, gecombineerd met zwart voor de haspel. Ondanks de lage temperatuur gaat het verven in schuur best goed. Het resultaat is mooi geworden. Nog niet helemaal af maar toch al flink opgeknapt. Volgend voorjaar mag Martijn hem er weer op zetten.

Meer foto's in het klusalbum

zondag 30 november 2014

Wintertijd

We liggen al een tijdje op de kant en hebben een paar winterklusjes uitgesteld. Dat kon gelukkig met een zacht najaar.  Een van de klusjes is het koelwater vervangen door koelvloeistof. Dat hadden we nog niet gedaan want er gaat zo'n 50-60 liter in de kielbalk. Toen we de stop er de eerste keer uittrokken, hadden we dat niet helemaal zien aankomen. Nu zijn we voorbereid.
 De eigenaar van de plaatselijke winkel voor auto onderdelen kijkt vreemd op. 60 Liter? Hij kijkt naar de 5 liter jerrycans in het schap. Dit heeft hij in de 32 jaar dat hij in de winkel staat nog niet eerder meegemaakt. Ik zeg dat het om een boot gaat, maar hij kijkt nog steeds ongelovig. 'Een oude boot?' voeg ik er aan toe...'vooruit, hele oude boot'.  Hij lijkt het te begrijpen. Dan moet het in ieder geval blauw zijn, zegt hij. Een telefoontje naar de leverancier biedt uitkomst. 60 Liter, van dat blauwe spul? Ja hoor, geen probleem, kan er om 12 uur zijn. De prijs is ook okay dus mooi geregeld.
Vandaag de stop uit de kielbalk gedraaid en het water er uit laten lopen. Met een vacuümpomp de koelvloeistof uit het vat in een emmer gepompt. Toch maar handschoenen aan want het goedje schijnt giftig te zijn. Staat ook op het etiket.
Er gaat ruim 40 liter in. Omdat we op de bokken iets achterover hellen, ontstaat er bij het vullen een luchtbel vooraan in de kielbalk. Die kunnen we pas afvullen als we weer recht in het water liggen.
Na het vullen de motor gestart en enige tijd laten lopen zodat al het water uit het blok is. Er zit geen thermostaat meer in het circuit weten we iniddels, dus het rondpompen van de vloeistof begint zodra we de motor starten. Daarna de accu's afgekoppeld en in de auto gezet. Die blijven van de winter thuis aan de lader. Verder het water uit de tanks gepomt en de wc winterklaar gemaakt.
Laat het winter nu maar komen.

Rondje Noord-Hollandse kanalen


donderdag 12 juni 2014

Het wad

Eerdere plannen voor een vierdaagse naar Texel zijn in het water gevallen door een straffe noordenwind en lage temperatuur. We doen nu een tweede poging met Hemelvaart. De weersvoorspelling is in ieder geval  gunstig. Op donderdag nog wat regen maar verder prachtig weer.
De route loopt door het Noord Hollands kanaal naar Den Helder en van daar naar Oudeschild.
Annette, Toby en Sepp gaan ook. Zij vertrekken uit Enkhuizen en komen waarschijnlijk al eerder aan. De tocht door het kanaal is een beetje saai. Maar door de vele bruggen blijf je wel lekker bezig. We maken dit keer dankbaar gebruik van de marifoon. Sinds we ook nog een portofoon in de kuip hebben liggen is het radioverkeer beter te volgen. Je krijgt soms ook informatie over de bediening door gesprekken van anderen. Soms komt er geen antwoord maar in plaats daavan even later wel een groen licht. De mannen van de bruggen hebben het druk ondanks dat het rustig is op het water. Ze mogen maximaal twee bruggen tegelijk bedienen en daarom is het af en toe wachten. Maar over het algemeen gaat het vlot. Na de laatste spoorbrug komt er vrij snel een provinciale weg waarvan de brug al open staat als we door het spoor varen. De brugwachter vraagt of we stand-by zijn en ja, dat is zo. Hij houdt de brug nog even open maar of we dan wel zo snel mogelijk willen varen. Dat beloven we. Maar nou is snel varen met een zeeschouw van 7,5 ton een beetje een relatief begrip. We gaan zo hard mogelijk maar of het nou snel gaat?... In de verte zien we de file van vrachtwagens en auto's langzaam uitgroeien. In onze beleving stappen er al mensen uit om te kijken waarom het zo lang duurt... De brug komt tergend langzaam dichterbij en ik verwacht dat hij ieder moment toch nog naar beneden kan gaan... Na een minuut of 4-5 (die erg lang lijken te duren) varen we eindelijk onder de brug door. Pff gehaald. We bedanken de brugwachter nog voor het openhouden maar die geeft geen antwoord meer. Duurde vast langer dan hij had verwacht. Vanuit de lucht moet het er vast heel grappig uit hebben gezien. We zijn benieuwd hoeveel kilometer file we hebben veroorzaakt...
In Den Helder willen we eigenlijk aanleggen maar de sluis staat open dus varen we maar naar binnen. Als we de sluis uit komen zien we in het havengebied geen geschikte aanlegplek dus besluiten we om door te varen. De waddenzee op! Best een leuk moment. Voor het eerst op het wad.
De golfslag is het eerste stuk behoorlijk. De wind is als voorspeld kracht 4-5. Later horen we dat dit deel van het water bij het zeegat hoort en door de diepte en invloed van wind en stroming staat er een hogere golfslag dan verderop naar het Noorden. Een keer komt er een golf voorbij die ongeveer zo hoog is als de rand van de kuip. Gelukkig zijn we op de Oosterschelde al wat afgestompt. Toen stond er meer wind en dat maakt een groot verschil. We hebben de fok gehesen met een rif en daardoor liggen we best aardig in het water. Tijdens het hijsen loop ik naar de punt omdat er een leuver blijft steken. Ik krijg meteen een klets water over me heen. Er komt gelach uit de kuip. We hebben een geïmproviseerde life line van een stuk klimtouw met een schroefkarabiner. Het touw zit vast aan de mastbout en de karabiner gaat aan de ringen van het zwemvest. Een overblijfsel van de Oosterschelde. Een prettige gedachte dat je vast zit. Op de platte hoge punt gaat het behoorlijk op en neer en het is niet ondenkbaar dat je er af valt. Verderop wordt het rustiger.

We varen onder de kust van Texel door naar Oudeschild. Om de 10 minuten kijken we naar de warmtemeter want het valt ons de hele dag al op dat de temperatuur vrij hoog oploopt. Nu staat hij inmiddels boven de 90 graden en dat lijkt ons niet goed. Als we het toerental verlagen dan daalt hij weer. Wat nou als de boel stuk gaat? Optie 1 lijkt ons ankeren en de reddingsdienst oproepen. Veel andere opties zijn er niet. Het grootzeil zit er nog niet op en met deze windrichting redden we het niet op de fok. Het strand opvaren zou in uiterste nood nog een mogelijkheid zijn. Maar gelukkig is dat niet nodig want de motor blijft gewoon draaien.
Tij-technisch gezien zijn we eigenlijk een uur te vroeg vertrokken. De vloed komt een uur na laagwater en tot die tijd staat er nog stroming naar zee. De vloedstroom komt na een uur op gang en dat wordt merkbaar naarmate we Oudeschild naderen. Annette staat ons op de dijk op te wachten en maakt foto's als we aankomen.


Texel Oudeschild

In Oudeschild worden we hartelijk ontvangen door de havenmeesters. Die krijgen van ons overigens een dikke negenplus! Platbodems hebben hier nog een streepje voor. Althans zo lijkt het. We krijgen het mooiste plekje van de haven (vinden wij) op de kop van de C-stijger. Plat staal en polyester bijt elkaar en dat heeft soms voordelen... 's Avonds liggen de boten rijen dik tussen de boxen. Annette, Sepp en Toby zijn er al sinds vanmorgen. Ze liggen een aantal boxen verderop.We genieten van de rust en het avondeten smaakt goed. We liggen vroeg bed.

De volgende dag zetten we het grootzeil er op. Ondanks dat het gisteren goed ging blijft het motorprobleem door ons hoofd spoken en na het uitlaten van de hond  en een rondje dorp, besluiten we om iemand te bellen. We krijgen het nummer van Stolk in Den Burg (0222-312752). Ze zitten eigenlijk vol maar sturen toch iemand langs. Die kijkt vreemd op als hij de motor ziet. 'Wat is dit? SABB? Nooit van gehoord...', en vraagt vervolgens hoe het werkt. Dat begint goed. Ik leg uit waar de waterpomp zit en de monteur kijkt geïnteresseerd naar de motor. 'Dit is nog een oerdegelijk stukje techniek', merkt hij op. Ik weet niet wat ik daar van moet denken maar laat hem maar even studeren. We laten de motor een tijdje warm lopen. Plotseling bedenk ik me dat we nog een boekje hebben. Dat helpt. Hij bladert door de onderhoud instructie en begint de verschillende functies en onderdelen te benoemen. 'OK laten we deze maar eens loshalen' zegt hij vervolgens. Dat valt nog niet mee met onderdelen die waarschijnlijk al 40 jaar vast zitten. Maar het lukt met wat aanvullend gereedschap van Toby. Al sleutelend doen we de ene naar de andere ontdekking. Onder andere dat de thermostaat foetsie is, en een los stukje van een zeef die mogelijk een leiding heeft geblokkeerd. Dat de doorgang naar de bypass pijp bij ontbreken van de thermostaat eigenlijk gesloten moet zijn (volgens het boekje), en dat het membraam goed werkt en de pompkleppen schoon zijn. Na twee uur zijn we een stuk wijzer en ik snap nu zelf ook hoe het werkt. Hij besluit de reparatie met een nieuwe pakking voor het thermostaathuis. Deze moet van de werkplaats komen. Het worden er drie met verschillende afmeting gaatjes naar de bypass. Kunnen we zelf kijken welke het beste werkt. De gesloten pakking gaat er in. Na drieëneenhalfuur zit alles weer goed en loopt de temperatuur al veel minder snel op dan even hiervoor. We testen een poosje belast in zijn vooruit. Het maakt een flinke herrie. De buurman steekt zijn hoofd uit de kuip en roept: SABB? Zijn antieke schip had er vroeger ook een. Het blijft leuk dat sommige mensen het geluid herkennen. Alles ziet er goed uit. Op de terugweg maar zien of het echt heeft geholpen. De rekening is 170 euro. Een meevaller voor meer bijna 4 uur werk. Gelukkig vond hij het zelf ook leuk om te doen. 'Weer eens wat anders dan die nieuwe motoren.' Topservice vinden we. 's Avonds hebben we een geslaagde barbecue bij het speelveld met Toby Sepp en Annette.


De volgende dag fietsen we naar de andere kant van het eiland. De fietsen zijn te huur bij de haven maar ook de lokale fietsenmaker heeft een goed aanbod. Je kunt er een combinatie Ouder/kind tandem krijgen. We huren ook een hondenkar want Banjer moet ook mee. Rennen is te ver voor hem zeker in deze hitte. Met enige moeite krijgen we hem in de kar. Zijn kop komt door een opening in het dak naar buiten. Als we beginnen te fietsen slaat de acceptatie om in paniek en ziet hij kans om door de nauwe opening in het dak uit de kar te springen! Opnieuw er in gaat lastig maar uiteindelijk lukt het om hem weer naar binnen te proppen. We doen het luikje in het dak maar dicht. Er volgen daarna nog verschillende uitbraakpogingen en sabotageacties maar uiteindelijk wordt het rustig in de hondenkar die het op wat bijtgaatjes na heeft overleefd. We zoeken en vinden een schat bij de waterpunnten. Met dit water werden in de VOC-tijd de schepen bevoorraad. We fietsen helemaal naar de andere kant van het eiland en gaan we naar het strand. We genieten van het mooie weer. Martijn en Sep vermaken zich prima. De roeiboot is hun favoriet. Onderweg eten en drinken we nog wat bij een restaurantje. Terug volgen we de meest richte weg naar het terras van Oudeschild. Of was het nou toch een omweg?... Al met al een leuke dag en veel van het eiland gezien.

Op maandag varen we terug. De motor houdt het goed en de temperatuur blijft rond de 80 graden. Dit lijkt beter hoewel de handleiding een werktemperatuur van 60 tot 75 graden aangeeft.

Als we door de sluis bij Den Helder zijn worden we achtervolgd door en armada van kruisers. Het Nautisch Verlangen zit ons op de hielen, zo lijkt het. Het ziet er grappig uit. Het contact met de bruggen loopt lekker en we schieten behoorlijk op. Tegen de middag zijn we terug in Thuishaven.
De eerste ervaring met het wad is goed bevallen en we zijn beslist van plan om dit vaker te doen.


woensdag 11 juni 2014

Als de koekoek roept...

Na hard werken is het tijd voor genieten. Daarom zijn we een lang weekend op de boot. Als we in de haven komen zien we een partytent staan schuin naast onze box op het gras. Binnen zijn ze net de geluidsinstallatie aan het checken... Nee he... We willen vanavond in de haven blijven en morgen varen, maar met zo'n partytent vertrekken we misschien wat eerder. We worden gerustgesteld als de bewoners van de tent verschijnen. Overwegend 50+ en niet van het type knalharde muziek. Dat zit wel goed. Uit de eerste bewonersbijeenkomst in de tent maken we op dat ze het 'Nautisch Verlangen' heten. Ze zijn gekomen met kruisers van overwegend hetzelfde soort. Een fanclub of iets dergelijks? Het programma wordt doorgenomen en daarna is er een quiz met muziekfragmenten uit de jaren 60 en 70. Tegen half 10 is het stil.
De volgende ochtend staan we vroeg op. Het Nautisch Verlangen meldt: ... Goed geslapen want weinig last van deining...' Even later beginnen ze aan de 'nautische les': landvast werpen om een stalen pen.
Wij vertrekken even later voor een rondje meer en daarna ankeren we diep in het moddergat. We varen maar kort want we willen vandaag vooral lekker uitrusten. Het is mooi weer en als snel liggen we voor anker. Eigenlijk met de optie om ook bij de wal te kunnen als we de ketting wat vieren. Voor het gemak heb ik de landvast al om een paal gegooid vlak naast het bordje 'Verboden aan te meren'. Als het nodig is dan kunnen we even met Banjer op de kant. Kort daarna verschijnt er een meneer met hond die argwanend vraagt wat we van plan zijn. We hebben ons altijd al afgevraagd hoe het zit met de steigertjes in het moddergat en dat wordt nu duidelijk. Hij legt uit dat ze regelmatig mensen wegsturen die er niets te zoeken hebben. Achter het dijkje ligt namelijk een natuurgebied van natuurmonumenten en die willen de dijk bij het natuurgebied hebben. Maar de dijk is in het verleden particulier verkocht en ondergebracht in een stichting van eigenaren. Zodra de wachtpost van Natuurmonumenten iemand op de dijk ziet, bellen ze naar de stichting. Die komen vervolgens in aktie om problemen met Natuurmonumenten te voorkomen. We begrijpen elkaar en beloven dat we niet op de kant komen. Later gooien we de lijn los. Als het donker wordt komen twee mannen van
Natuurmonumenten in een bootje controleren of iedereen zich nog aan de regels houdt. We vinden het maar gedoe op de vierkante meter. In Friesland maakt de Marrekrite vereniging (www.marrekrite.nl)  aanlegsteigers, bij voorkeur lijkt het, midden in het natuurgebied. Niemand vindt dat een probleem. Op dit soort momenten denken we wel eens met weemoed terug aan Friesland en de prachtige aanlegplekjes.
De avond valt en het wordt rustig op het water. De koekoek kondigt regen aan. We zijn blij dat we zo diep in het moddergat kunnen ankeren want dat is ons alternatief voor het gebrek aan aanlegplaatsen. We liggen inmiddels tegen (of in?) het riet en weten weer waarom we een platbodem hebben.

Bij de koekoek zit de klimaatverandering nog niet in de genen want de volgende dag is het stralend weer. Even later horen we hem weer alsof hij nog wat probeert recht te zetten. Eigenlijk een fascinerende vogel en dank zij zijn geluid bij iedereen bekend. En dat terwijl je er bijna nooit een ziet. De afstand tussen de tonen (koe-koek) varieert van een kleine terts tot bijna een kwart. Het schijnt dat hij aan het begin soms moeite heeft met de intonatie van een zuiver 'koe-koek'. Hij zingt dan eerst vals en stelt de hoge toon gaandeweg bij. Ik schrijf 'hij' want alleen de mannetjes koekoeken. En dat is maar goed ook.   Het wordt een zomerse dag.

woensdag 9 april 2014

Kleur bekennen


Toen Sikkens Supergloss werd overgenomen door International is het kleurnummer 242 (Hawaii Beige) uit het assortiment gehaald. En die kleur zit nou net op onze boot. De lichtere variant 243 is nog verkrijgbaar maar die vinden we te licht. De iets donkerdere 242 kleurt erg goed met de Supergloss groen 239 (Thames Green). Maar ja, de potten die we nog hebben opgekocht in het verleden zijn inmiddels leeg. En er moet toch een keer geschilderd worden. Gelukkig hebben we een goede bron die veel weet van verf. Na wat onderzoek heeft hij de standaard kleurcode van de 242 achterhaald. Met deze code is de kleur te mengen in Rubbol AG Plus want dat schijnt ongeveer hetzelfde goedje te zijn als Supergloss.
Afgelopen weekend samen met onze 'goede bron' de romp geschilderd want hij kan namelijk echt schilderen. Vooraf al een grote pot staalplamuur gekregen (hint). Staalplamuur droogt binnen enkele minuten in tegenstelling tot de epoxyplamuur (enkele dagen als het meezit bij deze temperatuur). Een hele verbetering want nu kunnen we sneller doorwerken. Het schilderwerk wordt mooi strak en in de zon glans het je tegemoet. Hij moet hard lachen om de waterlijnverf. Daarvan had ik namelijk nog een potje staan. Het verschil is waarschijnlijk de prijs, vandaar de hilariteit. Veel geleerd van zo'n dagje schilderen. De tips van vandaag: 1. Rollertje omwikkelen met tape voor je begint met rollen. Dan haal je de pluisjes er af. 2. Waterlijn afplakken: Plak de boven- of ondergrens. Plak daartegen om de 60 cm een stukje tape met de juiste breedte voor de maatvoering (of 2 boven elkaar naar gelang hoe breed het moet worden). Houd deze breedte aan met afplakken en de waterlijn wordt overal mooi gelijk. 3. Als verf niet helemaal dekt: eerst een laag aanbrengen als kleeflaag, dan even later nog een keer een laag er overheen. 4. Schuren van een nieuwe verflaag blijkt uit trekproefen soms een slechtere hechting te geven dan niet schuren. Dus als de laag relatief nieuw en glad is, er gewoon overheen schilderen.
Oh ja, de 239 groen blijkt trouwens hetzelfde als Grachtengroen. Wij noemen het Alggroen.

zondag 16 maart 2014

Klusseizoen

Het klusseizoen is weer begonnen. En zoals elk jaar is de lijst weer lang. In tegenstelling tot vorig jaar zit het weer gelukkig mee. Omdat we afgelopen zomer op een mosselbank hebben geparkeerd moet er het nodige gebeuren aan de onderkant. Er lopen lange diepe krassen, vooral bij het voorste deel van de kielbalk. Verder is er veel schilderwerk. De kajuit is vorig jaar niet meer geschilderd vanwege het weer. Dat moet dit jaar echt gebeuren. Maar ook de kuip en de loopdekken. De betimmering in de kuip aan bakboord heeft als enige nog geen nieuwe laklaag gehad. Het hout is afgelopen winter schoongemaakt en kan in de olie en lak. Verder spelen we met de gedachte om de romp te schilderen maar afhankelijk hoe het gaat. Over drie weken gaan we al weer in het water. 
Dit weekend is er veel gedaan. Martijn heeft bij oma en opa gelogeerd en daarom konden we rustig doorwerken. Er was een kleine lekkage bij de dakrail van het luik bij de ingang. Dat is gerepareerd en geplamuurd. Verder alle haarscheurtjes in het dak, de kuipvloer en kuip zijn geschilderd en de kajuit aan de zijkant ook. Het onderwaterschip is klaar voor de antifouling. We hebben een bus Hempel aluminium primer gekocht. Het is superspul en droogt binnen een uur. Ik denk ook bij -10. Het stinkt dan ook verschrikkelijk maar bevalt erg goed. Je kunt in een paar uur tijd meerdere lagen opbouwen dus dat schiet op. Volgend weekend weer en hopelijk dan ook met een zonnetje.